De wereldeconomie wordt geconfronteerd met risico’s op stagnatie in 2022

Het grootste risico waarmee de wereldeconomie tegen het einde van 2022 wordt geconfronteerd zou stagnatie kunnen zijn en niet stagflatie, aangezien de prijsdruk de nog steeds zwakke binnenlandse vraag schaadt en het strakker fiscaal en monetair beleid een belemmering wordt, aldus Nomura Holdings Inc in een zopas verschenen rapport. Daarmee is nogmaals duidelijk dat we economisch nog altijd niet uit de problemen zijn.

In de meeste landen is kosteninflatie nog steeds dominerend, het betreft het ‘slechte’ type inflatie dat de winstmarges van de bedrijven onder druk zet, het reële gezinsinkomen uitholt en de neiging heeft zichzelf te corrigeren als de vraag zwak is. De meeste economieën, waaronder de eurozone, het VK, Japan en China, zijn nog niet volledig hersteld van de aanhoudende pandemie en hun fragiele particuliere vraag maakt hen kwetsbaar voor een groeivertraging.

Die groeivertraging zou kunnen komen als gevolg van een erosie van de bedrijfswinsten en van de gezinsinkomens als gevolg van hogere inflatie, meer besparingen te midden van economische onzekerheden en het omschakelen van het begrotingsbeleid. De Amerikaanse economie zal nog steeds een vreemde eend in de bijt blijven, zo luidt de visie van het economenteam van Nomura.

De VS kunnen terugvallen op een ​​groter kussen om de kosteninflatie op te vangen. Naarmate het monetaire en fiscale beleid strakker wordt, is het land volgens Nomura beter gepositioneerd om in 2022 te profiteren van een Goldilocks-scenario wat betreft inflatie en groei. Mocht de VS in de eerste helft van 2022 een op hol geslagen inflatie zien, wat niet het basisscenario van Nomura is, dan zou de Federal Reserve agressieve renteverhogingen kunnen doorvoeren. Als dit scenario werkelijkheid wordt, versterkt dit de visie dat het grootste risico voor de wereldeconomie eind 2022 seculiere stagnatie is en dus niet stagflatie.

Anderzijds krijgt de VS volgend jaar te maken met een veel zwakkere tweede helft met een groei op jaarbasis van iets minder dan 2% in het vierde kwartaal, wat de Fed op koers houdt om de rente geleidelijk te verhogen. De Japanse bank voorziet volgend jaar geen renteverhoging door de Europese Centrale Bank, aangezien de inflatie uiteindelijk onder de doelstelling zal terugvallen.