Quo vadis, dollar?

Begin oktober vloog er een interessant opiniestuk de mailbox binnen, van de hand van John Authers, senior editor bij Bloomberg (en voordien bij The Financial Times) en op Twitter te volgen als @johnauthers.

Dollar almighty

Onder die subtitel werkt Authers een interessante denkpiste uit over de toekomstige koers van de Amerikaanse dollar, die wij hier, naar best vermogen, uit het Engels vertalen. (Hele boterham, ja, en in de broncolumn ook nog eens belegd met de nodige grafieken, maar, sowieso, lees ‘m toch maar! Hier is ie:)

“ Als het virus zich vanaf nu terugtrekt, zal dat tot gevolg hebben dat de dollar zal neigen te depreciëren, aangezien het [verdwijnen van het virus] de VS de [geld]stromen naar haar [veilige vlucht]haven ontneemt, die ze anders in tijden van laag risico-appetijt binnenkrijgt.

De dollar heeft de afgelopen week een opleving gekend, maar is nu aan het terugkeren en blijft onder zijn 200-daags voortschrijdend gemiddelde. Hij heeft de neiging om in lange cycli te bewegen, dus er blijft een kans dat er een bearmarkt begint (…)

Nu een andere vraag. Is dit goed nieuws? Een zwakkere dollar verlicht de druk op opkomende markten, waarvan de valuta veel wankeler zijn geweest ten opzichte van de dollar dan de belangrijkste G10-valuta. Het [een zwakkere dollar] helpt ook om de Amerikaanse export concurrentiëler te maken en doet Amerikaanse aandelen stijgen omdat het de dollarwaarde van hun buitenlandse inkomsten verhoogt – allemaal zaken die het huidige leiderschap in Washington wil.

Maar er is ook een bezorgdheid dat een zwakkere dollar een reeds onevenwichtige wereld verder uit balans kan brengen. Zoals deze grafieken van het Institute for International Finance laten zien [zie bronartikel – hyperlink hier onderaan], is er nu een duidelijke verwachting van sterkere inflatie in de VS (vanaf een zeer lage basis), maar niet in West-Europa of Japan (…)

De zwakte van de dollar zou de Amerikaanse inflatie kunnen doen stijgen doordat de invoerprijzen verhogen, terwijl de deflatoire problemen van landen die naar Amerika exporteren blijven voortduren – en velen niet willen. Als zodanig laat het Institute for International Finance zien dat Fedspeak is afgestapt van het uiten van een grote mening over de valuta. Vijf jaar geleden, nadat de dollar sterk was gestegen in de nasleep van een gecrashte olieprijs, vond de Fed altijd wel een manier om duidelijk te maken dat ze niet blij was met een sterke dollar. Momenteel lijkt er geen vergelijkbare inspanning te worden geleverd. In plaats daarvan blijft commentaar van de Fed op valuta’s beperkt tot [het signaleren van] de risico\’s van overloopeffecten van crisissen elders.

Ondertussen suggereert Oxford Economics dat de reële effectieve VS-wisselkoers de neiging heeft mee te bewegen met haar economische groei in vergelijking met de rest van de wereld. Als er een Europese inhaalslag aan de gang is (nog steeds een grote als), impliceert dat opnieuw een zwakkere dollar. (…)

En dan is er nog de kwestie van het Amerikaanse tekort. Over het algemeen geldt dat hoe dieper het tekort en hoe groter de behoefte voor Uncle Sam is om te lenen, hoe goedkoper de dollar zal zijn om potentiële geldschieters aan te trekken. Als die logica deze keer werkt, zoals deze grafiek nogal dramatisch laat zien [zie bronartikel – hyperlink hier onderaan], dan moet de dollar verder dalen (…) “

En Authers besluit zijn nieuwsbrief met een be-careful-what-you-wish-for-!-momentje :

Vandaag horen we minder de term ‘mondiale onevenwichten’. En een zwakkere dollar zou ook een symptoom zijn van andere factoren die velen wanhopig hopen te zien gebeuren, zoals een cyclische heropleving met een nieuwe bullmarkt voor grondstoffen. Maar als een bearmarkt van de dollar verder vorm krijgt, houd er dan rekening mee dat deze de inflatie-onevenwichten tussen de VS en de rest van de wereld kunnen verdiepen.

Gelijkgezinden

Laat er ons, kort en omzichtig, misschien nog een paar vergelijkbare geluiden bijhalen.

Enkele dagen na de column van Authers verschijnt in De Tijd een artikel met dezelfde teneur, onder de kop ‘Dollarcrash is aanstaande’, en met als subtitel ‘De econoom Stephen Roach vreest voor een depreciatie van 35 procent voor de dollar tegen eind 2021.’ (NB: deze visie van Stephen Roach, voormalig voorzitter van de Azië-tak bij zakenbank Morgan Stanley, circuleerde trouwens al in juni van dit jaar op het internet. Maar goed. Min 35% dus. Slik.)

Iets minder shockerend klinkt Gary Savage. Jullie misschien nog onbekend, maar neem eens een kijkje op zijn website. Altijd wel gedurfde inzichten en vooruitzichten, meestal gestoeld op technische analyse van aandelen- en valutamarkten en van de edelmetalen. Zo provoceerde hij in 2017 (toen de Nasdaq ergens rond 5500 punten noteerde) iedereen en zijn schoonmoeder met de uitspraak: “Nasdaq 10,000 will be a piece of cake. 20,000 isn’t out of the question”. Niemand heeft altijd gelijk, maar Savage met dat eerste zinsdeel alvast wél.

Betreffende de dollarkoers publiceerde hij op 20 oktober volgende video: ‘Dollar collapse continues’, waarin hij, op de korte tot middellange termijn (hij gewaagt van een 15 à 20 weken), een lagere dollar verwacht (“larger intermediate trend is now down, and probably will remain down for another 15 or 20 weeks”). En rekening houdend met een zekere historische inverse correlatie tussen dollar en goud (sterke dollar, zwakker goud, en omgekeerd) mag men dan een hogere goudprijs vermoeden, minstens in dollar.

Duimen dus!

Al weet je wat ze zeggen: als iedereen aan één kant van de boot gaat staan …

 

 

Bronartikels

https://www.bloomberg.com/opinion/articles/2020-10-02/trump-testing-positive-for-covid-is-ultimate-october-surprise

https://www.tijd.be/markten-live/nieuws/algemeen/dollarcrash-is-aanstaande/10256150.html

https://blog.smartmoneytrackerpremium.com/2020/10/dollar-collapse-continues.html

 

*

DISCLAIMER

De informatie in deze publicatie is niet bedoeld als individueel beleggingsadvies of als een individuele uitnodiging of aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen of tot aan- of verkoop van bepaalde financiële of andere producten. Iedere belegging die jij overweegt, moet je zelf toetsen aan je persoonlijk beleggersprofiel of moet je bespreken met je bankier of beleggingsadviseur. Beleggen brengt risico’s met zich mee. Je kan je inleg of een deel ervan verliezen. De waarde van je beleggingen kan fluctueren.  In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.