De mondiale
overkoepelende organisatie van de centrale banken, de BIS, versoepelde haar
harde standpunt ten aanzien van de inflatie en noemde de recente vooruitgang in
de strijd tegen de inflatie bemoedigend, maar benadrukte dat de centrale banken
nog niet uit de problemen zijn.
De mondiale economische
gegevens beginnen een duidelijke trend te laten zien dat de inflatiepieken veroorzaakt
door het economisch herstel na de COVID-19-pandemie en de piek in de
energieprijzen – in de achteruitkijkspiegel te zien zijn.
De geldmarkten prijzen renteverlagingen
van zowel de Amerikaanse Federal Reserve als de Europese Centrale Bank volgend
jaar van ruim 100 basispunten in, en hebben de verwachte timing van de eerste
stappen naar voren verschoven naar de eerste helft van 2024.
Het tempo van die
verschuiving heeft sommige beleidsmakers een ongemakkelijk gevoel gegeven, en
voor de Bank for International Settlements is het zaak om waakzaam te blijven.
“De vooruitzichten
zijn verbeterd, maar het belangrijkste punt dat we in gedachten moeten houden
is dat we nog niet uit de problemen zijn en dat een deel van de klus nog moet
worden geklaard”, zei Claudio Borio, hoofd van de monetaire en economische
eenheid van BIS.
Centrale banken bleken bijzonder
agressief te zijn in het terugdringen van de inflatie, voegde Borio eraan toe,
maar in een verder teken van de verzachtende retoriek binnen de BIS zei hij dat
de centrale bankiers ‘flexibel en wendbaar’ moeten zijn als een vertragende
wereldeconomie dit vereiste.
De kredietrisico’s als
gevolg van de enorme stijging van de financieringskosten moeten nog duidelijk
worden, zei hij, hoewel de afgemeten reactie van de markten op de stijging van
de spanningen in het Midden-Oosten in oktober na de aanval van Hamas op Israël
op zich geruststellend was.
In het kwartaalrapport
van de BIS, vaak de centrale bank van de centrale bankiers genoemd, werd een
aantal specifieke kwesties in de mondiale financiële wereld aan het licht
gebracht.
Eén daarvan was een
deel van markt voor consumentenkrediet dat bekend staat als buy-now-pay-later,
of BNPL, en dat de afgelopen jaren in populariteit is toegenomen.
De BIS zei dat BNPL, dat
relatief klein blijft en op zich geen bedreiging vormt voor het bredere
financiële systeem, floreerde dankzij de zeer lage rentetarieven.
“Het valt nog te
bezien hoe goed dit segment van de markt het zal doen in deze veel uitdagendere
omgeving”, aldus Hyun Song. Shin, hoofd onderzoek bij de BIS.
In bredere zin
herhaalde Borio dat het tijdperk van de ultralage rentetarieven achter ons ligt,
hoewel er duidelijk sprake is van onzekerheid over de vraag wanneer de markten
en centrale bankiers denken dat de rente zal verlaagd worden.
De centrale banken zijn
zich terdege bewust van de risico’s en zullen de rente hoog houden zolang dat
nodig is om de inflatie omlaag te krijgen”, aldus Borio. “We zullen nog
zien hoe lang dat precies zal moeten zijn”.