De economen verwerken nog steeds de financiële schokgolven als gevolg van het Amerikaans CPI-rapport van vorige week. Het inflatierapport onthulde dat de inflatiedruk voor goederen en diensten dat de inflatie op een verzengend hoog niveau van 9,1% jaar op jaar staat. Velen hebben nog nooit een tijd meegemaakt waarin de inflatie zo hoog was, omdat dit de hoogste inflatie is sinds november 1981.
Een ander onheilspellend teken dat de kosten van levensonderhoud hoog zullen blijven, is de publicatie van de PPI (Producer Price Index). Ook vorige week heeft het Amerikaanse Bureau of Labor Statistics zijn gegevens over de producentenprijsindex vrijgegeven. Uit het rapport bleek dat de PPI met 1,1% is gestegen in vergelijking met vorige maand en met 11,3% jaar op jaar. Dit is de grootste stijging sinds maart 2022, toen de PPI op jaarbasis 11,6% bedroeg.
De PPI meet de gemiddelde verandering in de tijd in de prijzen die binnenlandse producenten ontvangen voor hun output. Simpel gezegd, het is een maatstaf voor de inflatie op groothandelsniveau.
Daarom betekent dit dat er een klein tijdsverloop is tussen het moment waarop het eindproduct de consumentenmarkt bereikt en daarom van invloed is op toekomstige aankopen.
Dit niveau van verhoogde inflatie zal zeker de Federal Reserve dwingen om haar toch al agressieve houding aan te nemen om de inflatie terug te brengen tot een ultra-agressieve houding. Dit verandert aanzienlijk waar de rentetarieven tegen het einde van het jaar zullen zijn.
Er wordt algemeen aangenomen dat de Fed de renteverhoging van deze maand met 1% zal laten volgen met een nieuwe renteverhoging van driekwart procent in september.
De FedWatch-tool van de CME schetst een iets ander beeld. Deze waarschijnlijkheidstool voorspelt dat er een kans van 57,2% is dat de Fed de rente met 75 basispunten zal verhogen en een kans van 42,8% dat ze de rente in juli met 100 basispunten zal verhogen. Als we echter naar het grote geheel kijken, wordt ook voorspeld dat er een kans van 53,3% is dat de rente aan het einde van de FOMC-bijeenkomst van september tussen de 3% en 3 ¼% zal liggen.
Ongeacht de omvang van de renteverhogingen tijdens de resterende vier FOMC-vergaderingen, is het zeer waarschijnlijk dat de Fed Fund-tarieven vóór de FOMC-vergadering van maart van 0 tot 25 basispunten zullen zijn gestegen naar ten minste 3 ½% tot drie en driekwart procent aan het eind van het jaar.
De prijsstelling van goud en zilver zal gedurende deze periode onder druk blijven staan omdat de dollar sterker zal worden naarmate de rente stijgt en er een 100% negatieve correlatie is tussen de waarde van de dollar en de goudprijs. Dit komt omdat de dollar gekoppeld is aan goud en daarom een directe correlatie is tussen de sterkte van de dollar in zwakte bij het goud. Het omgekeerde geldt uiteraard ook.