Aardgasprijs duikt naar omlaag, maar de problemen rond de energievoorziening zijn daarbij niet opgelost

\"\"

Eindelijk: de benchmark voor Europees gas, de Nederlandse TTF aardgasindex, is gedaald. De stratosferische klim van de afgelopen weken is alleszins voorlopig omgedraaid. Frank Vranken, Chief Investment Officer bij Edmond de Rothschild, slaakte meteen een grote zucht van opluchting.

Maar wat moeten we daarvan denken? Het is duidelijk dat er enkele goede redenen zijn een beperkte ommekeer te zien. Ten eerste is het goed nieuws dat Europese landen hun gasreserves sneller hebben aangevuld dan verwacht. Ten tweede is het idee dat de EU een gemeenschappelijke benadering volgt ten aanzien van haar energie- en elektriciteitsbeleid ook bemoedigend. Ten slotte zullen er enkele speculatieve investeringen met futures zijn gebeurd, waarbij een reeks hedgefondsen de de winst op openstaande posities verzilverden.

Hoogstwaarschijnlijk moet echter het nieuws dat de gasopslagniveaus inmiddels al hoger dan verwachte niveaus hebben bereikt, de trigger voor de prijsdaling zijn geweest. Maar dat gezegd hebbende, hebben sommigen de stijgende gasopslagniveaus verward met verbeterende vooruitzichten.

Om eerlijk te zijn: Europa heeft de situatie beheerd door middel van vraagvernietiging en is agressief overgegaan op het importeren van LNG. 40% van het Europese gasverbruik is gekoppeld aan commerciële en industriële activiteiten, terwijl de rest bijna gelijk is verdeeld over woningen (verwarming) en elektriciteitsopwekking. Het behoeft geen betoog dat de vernietiging van de vraag vooral geconcentreerd is op de industriële wereld. Het IEA stelt dat de vraag in de eerste helft van 2022 jaar op jaar met 10% is gedaald. Het nieuws dat de kunstmest producerende sector 70% van zijn capaciteit heeft stilgelegd, is een goed voorbeeld van die vernietiging van de industriële vraag.

Maar we zijn volgens Vranken nog niet uit het bos. Want zelfs als de gasvoorraden op het beoogde niveau zijn, zou de opslag slechts ongeveer twee maanden aan verwarming, industrie en elektriciteit dekken als Rusland de leveringen volledig zou afsluiten. Als Rusland, na de aangekondigde onderhoudsperiode voor Nordstream 1 zou terugkeren naar 20% capaciteit, zoals het min of meer voorheen was, dan zouden we de winter gewoon doorkomen afhankelijk van hoe streng de winter zou zijn.

Met andere woorden: we zouden volgens Vranken volgend voorjaar weer met precies dezelfde problematische situatie worden geconfronteerd. Bovendien horen we alleen over Nordstream 1, terwijl andere pijpleidingen naar Europa nog eens 20% aan vraag toevoegen bovenop de 10% die Nordstream vertegenwoordigt. Als Rusland dus al zijn gasleveringen aan Europa zou stopzetten, zou het de leveringen ter waarde van 30% van de Europese vraag stopzetten.