De Flash Print van de inflatie in het eurogebied in
februari was sterk, zoals Nomura algemeen had verwacht. Belangrijker voor de
ECB was dat de kerninflatie intussen op 5,6% j-o-j stond, in lijn met de
consensus.
Op landenniveau zagen we een cijfer boven consensus
uit heel Spanje, Frankrijk en Duitsland, met een positieve maandelijkse overmatige
kernwaarde voor elk van deze landen. Of met andere woorden: de inflatie in deze
landen is sterker gestegen dan verwacht.
Hoe zal de ECB hierop reageren? Hoewel het jaarcijfer
steeg, is het belangrijk om te benadrukken dat het maandelijkse cijfer in
overeenstemming was met de verwachtingen van Nomura en vanaf januari een
aanzienlijke vertraging vertoonde. Alles zal afhangen van het feit of het
verder vertraagt, zoals de analisten van de Japanse bank verwachten.
In het eurogebied daalde de totale HICP-inflatie licht
tot 8,5% j-o-j in februari, tegen 8,6% j-o-j in januari. Belangrijker is echter
dat de kern-HICP-inflatie scherp steeg tot 5,6% j-o-j, van 5,3% j-o-j eerder.
Wat betreft de kerninflatie, de geprefereerde maatstaf
voor het meten van de onderliggende inflatoire trends in het eurogebied deze daalde
deze naar 0,4 pp, zoals Nomura had verwacht, van 0,9 pp in januari en in lijn
met het gemiddelde opgetekend in H2 2022.
De toekomstige evolutie zal cruciaal zijn voor de ECB
en voor het bepalen van de evolutie van de rentetarieven. Nomura verwacht
momenteel dat de inflatie de komende maanden zal afnemen. De risico’s zijn
echter dat ze zeer hardnekkig blijft, met alle gevolgen van dien.
De onzekerheid rond de inflatie veroorzaakt ook
onzekerheid rond de evolutie van de goudprijs. Deze lijkt op korte termijn
echter een min of meer betrouwbare bodem te hebben gevonden.