De eenvoudigste verklaring voor de plotselinge ommekeer van het sentiment vorige week op de beurs van Wall Street is dat de Dow Jones een probleem heeft dat kan worden omschreven als een Catch-2022-probleem.
Net als de hachelijke situatie waarmee de hoofdpersoon wordt geconfronteerd in Joseph Heller\’s beroemde satirische roman \’Catch-22\’ uit 1961, zorgt de enige manier om het probleem op te lossen er ook voor dat er geen oplossing kan zijn. Wat is in dit geval het probleem?
De Federal Reserve moet het beleid zo ver en zo snel aanscherpen dat het een recessie dreigt te veroorzaken. De uitweg is een minder agressieve Fed en Powell leek vorige week woensdag voor die oplossing te hebben gekozen. Wat een rally uitlokte, die echter de dag nadien al in de kiem werd gesmoord.
Het volstond dat Powell de mogelijkheid van een renteverhoging van 75 basispunten van tafel nam, in ieder geval voor de vergadering in juni. Als een wat minder agressieve Fed de inflatie nog steeds adequaat kan bedwingen, zal de Dow Jones stijgen. Maar zeker is zo’n scenario allesbehalve en dat verklaart de forse correctie in de beurskoersen donderdag en vrijdag.
Het serieus aanscherpen van het beleid en het \’snel\’ doen, zoals Powell heeft gezegd, vereist bijna impliciet lagere aandelenkoersen. Slechts een hint daaromtrent van een gematigde Fed hielp de 10-jaarsrente op donderdag naar een nieuwe piek op 3,1%. Ondertussen zakte de Dow Jones Industrial Average meer dan 1.000 punten, ofwel 3,1%. De S&P 500 zakte 3,6% en de Nasdaq dook 5% lager. De vrees bestaat namelijk dat de Fed aan de ene of aan de andere kant zal overdrijven, met de nodige problemen tot gevolg.
Het Dow\’s Catch-2022-probleem is echter niet zo diepgeworteld als Capt. John Yossarian\’s Catch-22. Uiteindelijk kan de inflatiedruk voldoende afnemen voor de Fed om zijn agressieve houding af te zwakken. Maar gedurende een groot deel van 2022 kan Wall Street met schrikreacties te maken krijgen.