De Britse huizenprijzen daalden in maart met 3,1% op
jaarbasis volgens de laatste lezing van de huizenprijsindex van Nationwide. Dit
is de grootste jaarlijkse daling sinds juli 2009, wat de bezorgdheid versterkt
dat de markt in 2023 met een aanzienlijke vertraging te maken krijgt. In het
ergste geval kan die ‘aanzienlijke vertraging’ zelfs in een heuse instorting te
eindigen.
De malaise op de woningmarkt begon eind vorig jaar
door de turbulentie op de financiële markten als gevolg van het minibudget dat
in september 2022 door kortstondig financieminister Kwasi Kwartang werd
voorgesteld.
Geconfronteerd met hogere hypotheekrentes en de
gestegen kosten van levensonderhoud, blijven kopers zich sindsdien afvragen of
het wel een goed moment is om een huis te kopen.
“Het zal voor de markt moeilijk zijn om op korte
termijn opnieuw vaart te krijgen, aangezien het consumentenvertrouwen zwak
blijft en de gezinsbudgetten onder druk blijven staan door de hoge
inflatie”, zegt Robert Gardner, hoofdeconoom bij Nationwide. “Ook de
betaalbaarheid van woningen blijft onder druk staan, terwijl de hypotheekrente
ver boven de dieptepunten van vorig jaar staat.”
Het Office for Budget Responsibility verwacht dat de
huizenprijzen tegen 2024 met 10% zullen dalen als gevolg van het lage
consumentenvertrouwen, de druk op de reële inkomens en de hoge hypotheekrente.
De Bank of England (BoE) heeft haar belangrijkste
rentetarief verhoogd naar 4,25% en de effectieve rente, of de werkelijke rente
die wordt betaald op nieuwe hypotheken, steeg in februari naar 4,24% vergeleken
met 1,59% in dezelfde maand een jaar geleden volgens BoE-gegevens.
Kortom: het is een zootje op de Britse vastgoedmarkt
en niemand weet waar de huidige koersval zal eindigen. Wat in het UK gebeurt, kan
bovendien een voorproefje geven van wat ons hier te wachten staat. De Belgische
vastgoedmarkt begint ongemakkelijk te schuifelen en we sluiten een forse
prijsval op middellange termijn niet uit.