Zijn  de oorzaken van autisme anders dan we altijd gedacht hebben (er wordt nu steeds meer naar omgevingsfactoren gekeken)?

Het is een onmiskenbaar feit dat het aantal gevallen van autisme wereldwijd in snel tempo is gestegen. Maar over deze aandoening is nog steeds weinig geweten en misschien zaten we zelfs helemaal op het verkeerde spoor.

Een uitgebreide meta-analyse van 25 autismestudies zou de focus van het onderzoek naar de oorzaak van autisme kunnen verleggen van genetica naar omgevingsfactoren. Die verschuiving zou nieuwe, revolutionaire wegen kunnen openen voor mogelijke behandelingen.

Het onderzoek koppelt de aandoening aan veranderingen in het darmmicrobioom, een gemeenschap van microben die in de dikke darm leven en verantwoordelijk zijn voor het aanmaken van metabolieten en andere verbindingen die cruciaal zijn voor onze gezondheid en welzijn.

Veel invloeden buiten het menselijk lichaam doden deze nuttige microben, die genetisch geen deel van ons uitmaken, maar in symbiose met de mensen leven. De nieuwe studie, gepubliceerd op 26 juni in Nature Neuroscience, heeft autismespectrumstoornissen (ASS) gekoppeld aan een duidelijke microbiële signatuur die dysbiotisch of onnatuurlijk uit balans is.

Net als in een ecosysteem kan te veel van bepaalde problematische soorten de algehele ecologie vernietigen of tot problematische gevolgen leiden, zoals te veel van bepaalde metabolieten en te weinig van andere.

Ondertussen neemt het aantal gevallen van autisme toe met een snelheid die dankzij verbeterde screenings- en diagnostische praktijken alle verbeelding tart. De Centers for Disease Control publiceerden in april statistieken waaruit blijkt dat het laatste autismecijfer in 2020 1 op 36 kinderen bedroeg, vergeleken met 1 op 44 in 2018 en 1 op 150 in 2000.

Al met al suggereert het bewijsmateriaal dat het tijd is om meer middelen in te schakelen om precies vast te stellen wat het in onze omgeving is dat de ontwikkeling van autisme ‘aanzet’, volgens artsen die patiënten met ASS behandelen.

“Genetische ziekten zijn niet verantwoordelijk voor epidemieën”, vertelde Dr. Arthur Krigsman, een specialist die kinderen met ASS over de hele wereld behandelt, aan The Epoch Times. “Er is iets in de omgeving dat een gen activeert dat zich anders stil zou houden. Er is echter geen gen op zich verantwoordelijk voor een epidemie.”

Onze genen zitten strak opgerold in DNA-spiralen – waarvan er vele nooit worden gebruikt – vergelijkbaar met blauwdrukken die nooit hun weg naar de fabrikant vinden. Maar signalen in onze omgeving kunnen epigenetische processen in gang zetten die ervoor zorgen dat sommige genen worden ingeschakeld en andere worden uitgeschakeld, waardoor onze kans op het ontwikkelen van bepaalde ziekten of eigenschappen dramatisch verandert.

Het nieuwe onderzoek suggereert dat autisme verband houdt met epigenetische triggers, die worden beïnvloed door het microbioom en in de loop van ons leven kunnen worden gewijzigd.

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *