In 1906 verklaarde ene Alfred
Henry Lewis: “Er zijn slechts negen maaltijden tussen mensheid en anarchie.” Deze
uitspraak werd gedaan na een bankencrisis die tot de algemene financiële paniek
van 1907 leidde. De gebeurtenis werd algemeen toegeschreven aan een
liquiditeitscrisis. Dezelfde crisis was trouwens de reden voor de oprichting
van de Federal Reserve Bank in 1913.
Natuurlijk is het de
centrale bank en haar vermogen om fiatgeld te genereren uit het niets (unbacked
liquidity) die de VS naar de stagflatoire ramp heeft geleid waar we vandaag de
dag mee te maken hebben. De ‘oplossingen’ die de elites van het establishment
bieden, zijn vaak erger dan de problemen die ze geacht worden op te lossen.
De totale
inflatieschade die de Amerikaanse consumenten sinds 2020 hebben geleden,
varieert afhankelijk van wie je het vraagt. Statistieken van de Federal Reserve
en de overheid worden door elkaar gehaald in een reeks creatieve wiskunde om de
situatie er veel beter uit te laten zien dan ze is.
CPI is geen geldige
indicator voor de werkelijke inflatie, aangezien deze verwaterd is door ruim
80.000 artikelen en diensten, en veel daarvan zijn niet noodzakelijk voor het
gewone Amerikaanse huishouden. Als we alleen kijken naar levensbehoeften als
huisvesting, voedsel en energie, ziet het economische beeld er steeds somberder
uit.
Voedsel is, zoals
Alfred Lewis opmerkte, van bijzonder groot belang voor de burgerlijke cohesie.
Het menselijk lichaam kan in feite wel drie weken zonder maaltijd overleven,
maar de overgrote meerderheid van de mensen in de eerste wereld is niet aan
dergelijke omstandigheden gewend en zou na één of twee dagen zonder voedsel in
paniek kunnen raken.
Het is hoe dan ook een
tikkende tijdbom: voedselinflatie verplettert miljoenen Amerikanen met lage
inkomens. Wat op termijn kan leiden tot een grote sociale crisis.