Inflatie is momenteel een hot item in de economische
wereld, de inflatiecijfers worden telkens met een vergrootglas bekeken.
Gisteren was het Nederlands Centraal Bureau voor de Statistiek er als kippen
bij om de inflatiecijfers voor januari te publiceren. Daaruit bleek nogmaals
dat de inflatie vorige maand opnieuw is gedaald, dit volgens de zogenaamde snelle
raming. Maar er moet een onderscheid gemaakt worden tussen twee verschillende
manieren om de inflatie te berekenen, zo blijkt.
Bij de snelle raming was de inflatie in januari 7,6
procent, meldt het CBS. Deze snelle raming is berekend op basis van nog
onvolledige brongegevens. In december waren consumentengoederen en -diensten
9,6 procent duurder dan een jaar eerder. Op 9 februari worden de reguliere cijfers
van de consumentenprijsindex (CPI) gepubliceerd.
Een inflatie van 7,6 procent in januari 2023 betekent
dat de prijzen van consumentenproducten 7,6 procent hoger zijn dan in januari
2022. De inflatie van 7,6 procent in januari komt dus niet bovenop de inflatie
van 9,6 procent in december.
Het CBS publiceert sinds 1996 twee verschillende
cijfers voor inflatie. Een op basis van de consumentenprijsindex (CPI), en een
op basis van de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP). De
snelle raming van de inflatie in Nederland volgens de HICP was in januari 8,4
procent. In december was de inflatie 11,0 procent.
Om de inflatie tussen landen te kunnen vergelijken,
berekenen de lidstaten van de Europese Unie (EU) een consumentenprijsindex
volgens internationaal afgesproken definities en methoden. Eurostat berekent op
basis van de HICP-cijfers van alle EU-landen de inflatie voor de eurozone en de
Europese Unie. De Europese Centrale Bank gebruikt de HICP voor het monetaire
beleid in de eurozone. Daarnaast maken de meeste landen nog een eigen,
nationale prijsindex.
Het belangrijkste verschil tussen de CPI en de HICP voor
Nederland is dat de HICP, in tegenstelling tot de CPI, geen rekening houdt met
de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten
berekend aan de hand van de ontwikkeling van woninghuren. In de komende maanden
zal duidelijk worden of de inflatiecijfers daadwerkelijk op de terugweg is, dan
wel of er sprake is van loos alarm. Waarschijnlijk zal blijken dat het terugdringen
van de inflatie een proces is dat veel moeilijker verloopt dan algemeen wordt
aangenomen.